PINGPONGPROEFJE

Antwoorden
op vraag 1
De pingpongbal drijft op het water, tegen de rand van het glas.
op vraag 2
Alle antwoorden zijn goed, als je hebt opgeschreven wat je dacht dat er zou gebeuren.
op vraag 3
Als het water bol staat, gaat de pingpongbal in het midden van het glas op het water drijven.
op vraag 4
Alle antwoorden zijn goed, als je hebt opgeschreven hoe je denkt dat het komt.

Uitleg
De pingpongbal blijft op het hoogste punt van het water drijven. Als het glas nog niet helemaal vol is, is het hoogste punt aan de rand van het glas. Als het water bol staat, is het hoogste punt midden in het glas.

Extra uitleg
De pingpongbal blijft drijven in water, doordat hij een kleinere dichtheid heeft dan water (dichtheid = massa/volume). De zwaartekracht trekt de pingpongbal omlaag een beetje het water in. Maar hierdoor duwt het water de pingpongbal omhoog met een opwaartse kracht. De pingpongbal blijft drijven door deze opwaartse kracht.
Als het glas nog niet vol is, is het oppervlak hol: het water staat bij de rand hoger dan in het midden (capollariteit). Als het glas helemaal vol is en er een kop op staat, is het oppervlak bol: het water staat in het midden hoger dan aan de rand (oppervlaktespanning).
De opwaartse kracht duwt de pingpongbal naar het hoogste punt. In een glas dat niet helemaal vol is, drijft de pingpongbal dus tegen het glas. In een glas met een kop erop, drijft de pingpongbal dus in het midden.